Met een weekendje wandelen en fietsen in de bossen op de Veluwe in het vooruitzicht wilde ik ook nog een stadje bezoeken. Ik had mijn oog op Elburg laten vallen. Dat het een oude Hanzestad en een vestingstadje was, dat wist ik. Maar verder dacht ik, ik laat me verrassen. En verrast dat werd ik.
Bij aankomst al de eerste verrassing. Net buiten het oude centrum ligt een grote parkeerplaats. Op zich is dat niet ongewoon, maar dat je gratis kan parkeren, dat zie je niet vaak meer.
Na een klein stukje lopen wandel je zo via de middeleeuwse stadspoort het stadje in. Niet alleen fysiek, maar nog meer gevoelsmatig, de poort geeft toegang tot de verleden tijd. Oude panden, klinkertjes, witte klinkerstoepjes en straatjes vol met vrolijk gekleurde bloembakken. Wat is dit mooi. Ik voel een glimlach van geluk op mijn gezicht komen en loop de rest van de dag te genieten.

Alle informatie is tegenwoordig op internet te vinden. Maar een bezoekje aan de plaatselijke VVV hoort er voor mij altijd bij. De medewerkers zijn altijd trots om iets te vertellen over de plek waar ze werken. Hier in Elburg kan je er ook haast niet omheen. De VVV is net zoals het Museum Elburg gevestigd in het eerste pand dat je bij binnenkomst ziet, het 15de -eeuwse Agnietenconvent.

Het museum wil dat de bezoekers na de eerste indrukken die ze tijdens het bezoek hebben opgedaan dit ook in het stadje kunnen verwerken. Niet alleen informatie lezen, maar ook beleven en ervaren.
Met een aantal folders in de tas, en een stadswandeling in de hand ga ik op weg. Verdwalen zal hier niet lukken. Het centrum is 250 bij 350 meter met een recht middeleeuws stratenplan. Dit alles ligt tussen de in de 2de helft van de 14de eeuw gebouwde stadsmuren. Waar later ook nog grachten en stadswallen omheen zijn geplaatst ter bescherming van de stad.
De route loopt langs museum Sjoel Elburg een verhalenmuseum over de geschiedenis van de Joodse families die vanaf 1700 in Elburg hebben gewoond. Let op dat je vooraf een reservering maakt. Het is een klein museum en er kunnen i.v.m. de coronamaatregelen maar weinig bezoekers in één keer naar binnen.

Ik zie voor het eerst muurhuisjes, kleine huisjes die gebouwd zijn tegen de oude stadsmuur en waar de allerarmsten van de stad woonden rond 1900. Sommige recht tegen de muur, maar bij plekken waar vroeger torens stonden ook huisjes die rond gebouwd zijn. Ze zijn in ieder geval klein en smal.


De Vischpoort maakt ook deel uit van de stadsmuur. Oorspronkelijk sinds de bouw in 1392 als een dichte verdedigingstoren. Maar rond 1592 werd er een doorgang in aangebracht. Die sindsdien al die jaren intact is gebleven door de grote lantaarn die in de top staat. Deze lantaarn heeft als baken voor de schepen op de Zuiderzee gefungeerd.

De poort zorgt ook voor een natuurlijke overloop naar een ander gebied waar Elburg bekend om staat. Tot 1932 lag het aan de Zuiderzee en werd er actief gevist op haring, garnalen en ansjovis. Maar na de afsluiting door de Afsluitdijk veranderde het water van zout naar zoet en de Zuiderzee naar IJsselmeer. Wat er nu nog van rest zijn de oude gerestaureerde botters in de haven en het gebouwtje van de visafslag. Om ook een indruk van de omgeving vanaf het water te krijgen worden er verschillende vaartochten georganiseerd. Het leukste is natuurlijk om dit met een originele botter te doen. Maar met een normale rondvaartboot is dit natuurlijk ook mogelijk.

Gelukkig is er bij de restaurantjes nog enoeg vis op de kaart te vinden. Bij restaurant De Herberg kies ik voor de salade Rookton. Een combinatie van gerookte paling, haring en zalm.

Het is druk op de terrasjes die langs het water liggen. Want Elburg is ook favoriet bij watersporters. Overal liggen grote en kleine bootjes. Klaar om aan wal te gaan. Het is een drukte van belang. Ik probeer me aan de 1,5 meter afstand te houden. Maar met al die mensen is dat niet altijd even makkelijk.
Gelukkig was ik al vroeg op stap en heb ik het meeste in alle rust kunnen zien. Niet alleen de monumenten, straatjes en stadwallen, maar ook veel winkeltjes die je in de grotere steden niet ziet. Antiek en tweedehands winkeltjes. Kleine boetiekjes en de lekkerste delicatesseshops.
Ik geniet nog even na op een bankje met een smoothie die ik bij Gelateria Casa Piccola heb gehaald en slenter op een tempo dat bij dit soort stadjes hoort op mijn gemak terug naar de parkeerplaats.

Dit was mijn eerste kennismaking met een Hanzestad. Gelukkig zijn er nog 8!
Tips:
De Plantage, een delicatessenzaak waar het water je in de mond loopt bij het zien van zoveel lekkers
Restaurant De Herberg, Havenstraat 7 Elburg
Gelaterie Casa Piccola Vischpoortstraat 25, Elburg